Verlangen
Turkish delight is zo cliché voor een poëziefestival, zei de
dichteres van Turkse afkomst met wie ik samen op het podium had gestaan. Maar
neen, antwoordde ik, het doet mij denken aan Turks Fruit van Jan Wolkers, een
boek dat de wereld voor mij opende.
Ondertussen wandelden wij langs het water onder een hoge
brug. Weet je dat ik pas in de jaren zeventig voor het eerst Turkse mensen zag, ging ik verder. De vrouwen droegen onder hun rokken brede lange broeken. En
hadden onder hun hoofddoek een kleurrijke band. Daarna kwamen de films van Yılmaz
Güney, Yol of De weg en Sürü, De kudde.
Dat is normaal antwoordde de veertigjarige dichteres met de gebroken
stem. Vroeger dan dat kun je hier immers geen Turkse mensen hebben gezien.
Het is waar. Mijn beeld van de Turkse cultuur is geïdealiseerd.
En toen mijn lerares Turks van Koerdische afkomst ons in de les een hedendaagse
Turkse film liet zien die zich afspeelde in een moderne stad, was ik diep ontgoocheld.
Ik voelde mijn beeld van de Turkse cultuur helemaal onderste boven gehaald. Films
over het platteland wilde ik zien, zoals het drieluik Süt, Bal en Yumurta of
Melk, Honing en Ei.
Ondertussen heb ik mijn beeld van de Turkse cultuur gelukkig
bijgesteld. Dat wordt niet langer bepaald door de yerli dizi of de streekgebonden
televisiereeksen. Maar toch is het jammer. Niet meer te kunnen dromen van een
ongerepte wereld waar geen westerse consumptie bestaat. En waar het leven enkel
draait om datgene waar het zou moeten om draaien: weemoed, verlangen en troost.