Nest everzwijnen (foto MDB) |
Even dwarfs started
small
In het bos deed Nomade een
lugubere vondst. Een half opengereten eend. Met in haar buik een ei dat nog
intact was. De bovenkant van het onfortuinlijke dier was weggevreten.
‘Het moet pas gebeurd zijn,’ zegt
Nomade, ‘want overal lagen nog pluimen verspreid.’
‘Wat doet een eend in het bos?’
vraag ik mij af. ‘En welk dier zou dit wrede schouwspel van leven en dood
hebben veroorzaakt?’ Ik gok op een vos.
Het beeld blijft mij bij. Ook
wanneer we in het dierenpark in La Reid enkele idyllische taferelen mogen
aanschouwen. Een troep everzwijnen. De dieren koesteren zich in de warmte van
het zonlicht. Twee mannelijke evers grommen vervaarlijk. Ze gunnen elkaar het
licht van de zon niet. Een jonger dier wordt consequent aangepakt.
‘Kijk,’ zegt Nomade, ‘twee zeugen
hebben jongen. Ze zijn nog heel erg klein.’
Ik zie twee keer een nest jonge
dieren. Hun vacht is nog niet behaard, zoals je dat van een everzwijn mag
verwachten. Ze hebben lichtbruine strepen op hun rug. Wanneer het moment
gekomen is om gezoogd te worden, kruipen ze over elkaar heen om het beste
plekje aan moeders lijf te bemachtigen. Daarna liggen ze lekker tegen het
moederdier aan.
Het doet mij allemaal denken aan
een van de wreedste films die ik heb gezien: ‘Even dwarfs started small’ van de
Duitse cineast Werner Herzog. Daarin laat Herzog dwergen in een instelling een van de opvoeders, ook een dwerg, gijzelen. Daarna breekt de grote anarchie uit. In een
vlaag van sadisme keren de dwergen zich tegen hun zwakkere soortgenoten.
De boodschap van de cineast is
duidelijk: in tijden van chaos komt het slechtste in de mens naar boven. Herzog
toont parallellen met de dierenwereld. Die is even meedogenloos. Een mank
lopende kip wordt door de andere kippen kapot gepikt. De dwergen doden een
zeug, waarna de biggen in een wanhopige poging om te overleven, blijven zuigen
aan de dode moeder. En zo het laatste leven aan het dier onttrekken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten