DEEL 2
scène 3
Marijn zit in de sofa
de radio speelt
Vlaamse schlagers
af en toe neuriet Marijn
mee
Scholmiester op de
stoel
vóór hen een pint
Marijn
ik heb een afkeer van hoeren
ik herken z’ al van ver
dat is sedert mijn soldatenmeisken
als ik ontdekt heb
dat ze in feite een hoerken was
ik werd geduld in het milieu
mariëtte was met een van die bazen
en zo kwam
ik daar ook
ik wist in welke café’s
dat ze toope kwamen
waar dat ze zaten te kaarten
een van die mannen heeft nog
een ereschuld aan mij
hij moet nu al dood zijn
of toch zeker in de tachtig jaar
een ereschuld geraakt ge niet kwijt
die erft ge van vader op zoon
op een keer heeft een van die mannen
aan mij gevraagd
of dat ik een van zijn meiskens wou weer brengen
ze was weggelopen
ik mocht dan een keer voor niets
ik ben dat meiske gaan halen
ze zat op een kamer
maar ik heb er niets mee gedaan
ik heb gezegd
doet uw kleren aan
en komt mee
ik heb dat meiske weer gebracht
van hoeren
moet ik niets weten
mariëtte was met enen van de gantoise
nen hogen tiep
de secretaris van de voetbal
hij was altijd piekfijn gekleed
nen echten heer
de zondag achternoen ging hij
met haar naar den opera
en ik moest mee als chaperon
tussen al dat chique volk
w’ hebben alle stukken gezien
La Traviata
De vogelhandelaar
enzovoorts
Geen opmerkingen:
Een reactie posten