zaterdag 7 juni 2014

Déjà vu

Wolvenkop (foto MDB)

Niets is zo goed tegen een kater als een glaasje spa Barisart met limoen. Nomade heeft zalm klaargemaakt. We eten vis met brood van Muller. Het is lente maar bloedheet. Onze middagdut duurt tot een stuk in de avond. Daarna besluiten we om van onze heuvel af te dalen en nog eens naar het stadje te gaan. In het Parc des 7 heures is er brocantemarkt. Nomade heeft haar fototoestel bij zich.
‘Mag ik een foto van jou nemen,’ vraagt ze, ‘ samen met jouw vriend.’
De mannen lachen.
‘Lui il est espanol. Et moi je suis wallon,’ zegt de ene.
De twee mannen vormen een vrolijk duo. De Spanjaard ziet er een  levensgenieter uit. De andere is groot en mager. In zijn lange grijze haar draagt hij een kleurrijke band. Hij ziet eruit als een Vietnamveteraan. Daarnet zat hij nog op de grond. De handen om de knieën. De rug geleund tegen een zuil. Naast hem zijn platencollectie. De lp’s liggen netjes naast elkaar uitgestald. Ik herken Déjà Vu van Crosby Stills Nash and Young. Een plaat die aan een van mijn studiegenoten een examen heeft gekost. Hij had de plaat voor zijn verjaardag gekregen. Helaas viel die verjaardag midden in de examenperiode. Mijn studiegenoot geraakte zo aan de muziek verslingerd dat hij wel tien keer opnieuw de plaat oplegde en zo onherroepelijk zijn examen misliep. De plaat bevat onder andere het  prachtige nummer ‘Almost cut my hair’ gezongen door David Crosby. De rondborstige bard met de lange haren. Vandaag grijs geworden. Ik vermoed dat de Vietnamveteraan om een of andere reden zijn eigen platencollectie aan het verkopen is.
De Vietnamveteraan blijkt eigenlijk een ambachtelijk schrijnwerker te zijn. Hij restaureerde het houtwerk in kerken. Maar is jaren geleden van een veertien meter hoge stelling gevallen.
‘D’un moment à l’autre tu as une autre vie,’ vertelt hij. Alles aan hem was gebroken. Na de revalidatie heeft hij zijn leven een andere wending gegeven.
We wisselen onze telefoonnummers uit.
‘Je m’appelle Nicolas. Mais tout le monde me connaît comme l’Indien.’
De indiaan toont ons zijn zwerfwagen. Boven op het dashboard het masker van een wolf. Haaientanden en kralen sieren het raam. Een boeddha in lotushouding. De indiaan heeft na zijn ongeval huis en inboedel aan zijn vrouw gelaten en heeft voor de vrijheid gekozen. Hij toont ons een foto van een houten zwerfwagen.
‘Je voudrais vivre dans cette caravane. Mais on ne me laisse pas me domicilier.’
Dus heeft de indiaan een eenvoudig optrekje in de buurt van de Lac de Warfaaz. En trekt hij met zijn zwerfwagen versierd met de wolvenkop en de boeddha in lotushouding overal rond.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten