donderdag 21 juli 2016

Italiaanse herinneringen

Still uit Martin Scorsese, Raging Bull (foto MDB)


Raging Bull

Wat een ontroerende film is Raging Bull uit 1980 van Martin Scorsese. Titel en onderwerp schrikken op het eerste gezicht af. Een bokser van Italiaanse afkomst Jake LaMotta (Robert De Niro) die zich een weg vecht naar de wereldtitel middengewichten. Wat de film echter vooral boeiend maakt is het Italiaanse milieu waarin hij speelt en de psychologie van het hoofdpersonage.
Zo is er Tommy Como, een van de bookmakers uit het boksmilieu, die Jake en zijn broer Joey duidelijk maakt dat op eigen kracht naar de top doordringen onmogelijk is. Er moeten immers gevechten geregeld worden. Wanneer Jake dan tegen een Afro-Amerikaanse bokser uitkomt en er is afgesproken dat hij moest verliezen huilt hij na afloop als een kind. Maar daarna krijgt Jake de kans om te boksen voor de wereldtitel middengewichten tegen de legendarische Franse bokser Marcel Cerdan, die later tijdens een vliegtuigongeluk om het leven komt.
Langzaam maar zeker gaat Jake LaMotta ten onder aan paranoia. Hij verdenkt zijn entourage, inclusief zijn eigen broer ervan tijdens de harde trainingen het bed te hebben gedeeld met zijn mooie blonde vrouw Vickie.
‘Ben jij met mijn vrouw naar bed geweest?’ vraagt hij aan zijn broer Joey.
‘Jij bent totaal geschift,’ antwoordt die, ‘ik ben je broer.’
 ‘Kus mij ,’ zegt Jake later nadat hij in zijn waanzinnige achterdocht zijn broer te lijf is gegaan.
De kus als ultieme verzoening. Het is niet het enige religieuze symbool. Tijdens zijn laatste gevecht tegen Sugar Ray Robinson laat Jake zich helemaal murw slaan zonder zich teweer te stellen. Hij is als de lijdende Christus.
Wat deze Amerikaanse film zo boeiend maakt zijn de vele Italiaanse verhaalelementen in een sublieme zwart-wit fotografie. Op het dak van een van de appartementsgebouwen in de Bronx vieren Joey en zijn donkerharige Italiaanse vrouw hun bruiloft. De bruid in een smetteloos wit en lang wuivend kleed.
In de bars zijn er de mannen met hun grote brillen en verzorgde pakken die allerlei zaken regelen en die Scorsese in zijn jeugd met zin voor detail zal hebben geobserveerd. Zij roepen Jake bij zich, vragen of hij in vorm is en maken duidelijk dat hij lid is van de familie in de brede zin van het woord.
Daar horen een gevoel van geborgenheid bij, een onvoorwaardelijke solidariteit maar ook verplichtingen.
‘Wat heb ik gedaan,’ zegt Jake huilend tegen zichzelf wanneer hij na zijn boksloopbaan wegens het aanzetten tot ontucht in de gevangenis is beland, ‘I’m not an animal,’Ik ben toch helemaal geen beest.’ Jake of Raging Bull is helemaal geen vechtstier. Na zijn carrière ontpopt hij zich als een succesvolle comedian, die teksten debiteert van Shakespeare en Tennessee Williams.
Zonder dat er een woord Italiaans in wordt gesproken, is Raging Bull van Martin Scorsese een uitgesproken Italiaanse film. Door de milieustudie van de Italiaanse gemeenschap in de Bronx tijdens en na de oorlog, die de cineast met zo veel liefde toont. De kleine appartementjes, het zwembad omringd door een hoog traliehek waar de jongens hun oog laten vallen op mooie blonde meiden. De auto’s waarmee ze die proberen te imponeren. De nette pakken en het perfect met gel gelegde haar. Het grote kruis boven het echtelijke bed.
Maar bovenal de liefde voor elkaar. De verbondenheid van een gemeenschap in de diaspora. De ontroerende liefde tussen broers. De familie die boven alles staat.

zaterdag 9 juli 2016

Tocht aan het begin van de zomer



Philosophenweg Heidelberg (foto MDB)
Heidelberg

O, Heidelberg wonderschone stad aan de Neckar. Stad van Eichendorff en Hölderlin. Joseph Freiherr von Eichendorff kwam uit het verre Oberschlesien om hier te studeren. Hij was amper negentien jaar oud en raakte verliefd op Käthchen. Zij woonde in Rohrbach, in een huis recht tegenover ‘Zum Roten Ochsen’ waar de romantische dichter en zijn vrienden zo vaak verbleven.
Het verhaal doet denken aan Goethe die gedichten schreef voor Friederike Brion uit Sessenheim. Te voet kwam Eichendorff naar het dorp van zijn jeugdliefde. Voor haar schreef hij het wondermooie gedicht met de aanhef ‘In einem kühlen Grunde/Da geht ein Mühlenrad’.
We volgen de Philosophenweg en kijken uit over het Heidelberger Schloss, gebouwd in rode zandsteen en verder over de hele stad. Hier kwamen de romantische dichters wandelen in de wijnbergen. De muren van de terrassen waar de wijngaarden zich ooit bevonden, zijn er nog steeds. Net zoals de geplaveide weg omhoog. Schichtig vlucht een hagedis voor ons weg.
Hoe heerlijk slingert de Neckar zich tussen de oeroude beboste bergen. Friedrich Hölderlin, geboren in Lauffen, woonde de laatste 36 jaar van zijn leven in een toren in Tübingen en keek uit over de Neckar. Hij werd er opgevangen door een timmerman, een bewonderaar van zijn werk.
Wat is het heerlijk toeven aan de oever van deze rivier. Af en toe vaart een vrachtschip voorbij. Waar naartoe heb ik het raden naar. Net als wij zochten de romantische dichters het water op. Of de inspirerende sfeer van ruïnes, zoals die van het Schloss. Zij wandelden rond meren. Hielden van de woeste natuur van de bergen.
Wat was het een verademing om na de bergen te belanden aan de Bodensee. De rust van het water. Zo eindigt onze tocht aan het begin van de zomer. Aan de oever van de Neckar.

woensdag 6 juli 2016

Tocht aan het begin van de zomer


Schloss Linderhof, Venusgrot
Venusgrot

Omgeven door hoge bergen op de grens tussen Beieren en Tirol bevindt zich Schloss Linderhof. Geïnspireerd door de grandeur van het hof van de Franse koning Lodewijk XIV. Boven het kleine kasteeltje verheft zich de Venustempel. Waterpartijen. Een reusachtige fontein met meermannen.
Binnen pracht en praal. Neobarok en rococo. Van de toenmalige tsarin kreeg Ludwig bij de totstandkoming van het slot kostbare edelstenen. Portretten van Lodewijk XIV en Madame de Pompadour. Het slot was nochtans niet bedoeld om bezoekers te imponeren. Die liet de mensenschuwe Ludwig immers niet toe. Hij leefde bij voorkeur 's nachts. In het licht van kroonluchters met soms meer dan honderd kaarsen.
Ludwig was amper achttien jaar oud toen hij de Beierse troon in 1864 besteeg en raakte vrijwel onmiddellijk verwikkeld in een reeks oorlogen in het kader van de Duitse eenmaking. Hij betreurde dat Duitsland onder de leiding van Pruisen in 1870 oorlog voerde met Frankrijk. En al helemaal dat de Duitsers het heilige Versailles ontwijdden.
Als marionettenkoning was Ludwig op zoek naar een identiteit. Die vond hij in eerste instantie in de grandeur van zijn naamgenoot Lodewijk XIV. Tot hij zich ging verdiepen in het werk van Richard Wagner. Net als Wagner was Ludwig gefascineerd door de Duitse middeleeuwen, waarmee hij al rijkelijk was geconfronteerd in Hohenschwangau, de burcht van zijn vader. In Wagner vond Ludwig een geestesgenoot.
In het park van Schloss Linderhof liet Ludwig niet minder dan drie levensgrote decors bouwen voor de opera’s van Wagner. De blauwe grot of de Venusgrot was gebouwd naar Tannhäuser. Druipstenen, een meertje en een waterval. Op het meer een kleine boot. In de Venusgrot wisselt het licht van rood naar blauw. Ik denk aan een verhaal van de Amerikaanse auteur Charles Bukowski. Zijn alter ego probeert opnieuw in de moederschoot te belanden en huilt daarna tranen van onmacht.
Ludwig identificeerde zich met de jonge ridder Parsifal, die op zoek gaat naar een lans. Parsifal belandt bij de heremiet Gurnemanz, een vroegere ridder van de Ronde Tafel. Voor die scène uit Parsifal, de laatste opera van Wagner, liet Ludwig de hut van Gurnemanz bouwen.
Ludwig leefde in een droomwereld en vond in Wagner de kunstenaar die zijn dromen omzette in Gesamtkunstwerke.

Tocht aan het begin van de zomer



Schloss Hohenschwangau, Löwenbrunnen
Ludwig

Wat een verrukking wanneer plots in het Beierse landschap het Schloss Neuschwanstein opduikt. Hoog boven het dal verheven als een wit marmeren kunstwerk. Net als de Taj Mahal is dit een ode aan de liefde. De liefde van Ludwig II, koning van Beieren, voor de Duitse middeleeuwen. Voor de minnezangers zoals Walther von der Vogelweide en de Duitse ridderstand.
Nadat zijn land door de Pruisen was overgenomen, bleef Ludwig niets anders over dan weg te dromen. In een fictieve sprookjeswereld waar ridders almachtig waren en burchten bewoonden die de grenzen bewaakten. Zoals de ruïneburchten waarop het Schloss Neuschwanstein is opgetrokken. Vanaf de Marienbrücke ging Ludwig kijken naar het voortschrijden van de werkzaamheden. Inspiratiebron was de Wartburg waar de minnezangers met elkaar wedijverden.
In Wagner vond Ludwig een medestander, een kunstenaar die net als hijzelf het Duitse verleden met zijn vele sagen verheerlijkte.
In de nabijgelegen burcht Hohenschwangau kwam Ludwig voor het eerst in contact met Wagner. De tuin van het slot bevat heerlijke bronnen. Er is de Mariabron als symbool van de christenheid, de leeuwenbron geïnspireerd door het Alhambra, een bad dat verwijst naar de antieke oudheid.
Ludwig was een koning die niet wilde vechten. Reeds twee jaar na zijn aantreden in 1864 werd zijn land door de Pruisen ingenomen en werd hij een soort marionettenkoning. Daarop spendeerde hij zowat de hele Beierse staatskas aan zijn droomkastelen Neuschwanstein en Linderhof, waar hij omgevingen creëerde zoals de Venusgrot als blijvende decors voor de werken van Wagner.
Zijn droom duurde net zolang tot de banken ermee dreigden beslag te leggen op zijn bezittingen, de regering Ludwig daarop onmondig verklaarde en opsloot in Schloss Berg. Op 13 juni 1886 verdronk Ludwig II in de Starnberger See.