woensdag 31 december 2014

Overwinteren in Spa

Voetsporen in de sneeuw (foto MDB)


Winterreise

Het begint langzaam te dooien. Na dagen grijze luchten is nu voor het eerst een blauw schijnsel zichtbaar. Het doet mij denken aan de zomerse avonden. Waarop ik buiten de caravan kijkend naar de ondergaande zon de gebeurtenissen van de dag mocht overlopen.
Van buiten te zitten kan nu geen sprake zijn. Samen met Nomade en onze hond Luna zit ik diep weggedoken onder de dekens op het grote bed.
De hele namiddag heb ik geprobeerd om het gasvuurtje in onze caravan aan de praat te krijgen. Ligt het aan de gastoevoer of aan de ontsteking? Wat ik ook probeerde niets hielp. Op de duur overviel mij de wanhoop die over de film Rosetta van de gebroeders Dardenne hangt. De film gaat over een jong meisje dat samen met haar moeder in een caravan leeft. Ik herinner mij vooral hoe zij gejaagd en met veel te grote rubberen laarzen aan door de modder heen en weer rent.
Dan is ‘Die Winterreise’ van de Duitse schrijver Wilhelm Müller heel wat romantischer.  De  dichter bespeelt het thema van de gebroken liefde. Heerlijk troostend is het gedicht ‘Gute Nacht’. De weg is gehuld in sneeuw. Maneschijn is zijn gezel. Op het witte tapijt volgt hij de tred van het wild. Maar vooraleer de jongeman zijn weg vervolgt, schrijft hij nog een boodschap in de sneeuw voor zijn geliefde: goede nacht. De gedichten van Wilhelm Müller zijn op muziek gezet door Franz Schubert. De grote dichter Heinrich Heine noemde zijn liedgedichten de mooiste die hij ooit gelezen heeft. Buiten die van Goethe natuurlijk.
Terwijl de sneeuw aan het smelten is worden de eerste tekenen van de lente zichtbaar. Tegen een boomstronk ontdekt Nomade een hele reeks elfenbankjes.
Nu ons gasvuur het heeft begeven is de natuur en de langzame terugkeer van de lente onze grootste bondgenoot. Hoe heerlijk de sneeuwtapijten ook mogen zijn, de beginnende opwarming voelt aan als een bevrijding.

dinsdag 30 december 2014

Overwinteren in Spa

Luna's gevoel voor sneeuw


Smilla’s gevoel voor sneeuw

Deze nacht was het minder koud in de caravan. Of kwam het doordat we in bed kropen met sokken, handschoenen en een muts op? Nu begrijp ik pas de betekenis van het begrip slaapkous. Het zijn kousen die je enkel reserveert om ermee in bed te kruipen.
Bovendien hadden we boven onze pyjama een fleece met kap aangetrokken. Zodat we leken op monniken die met hun pij aan boven de dekens uitstaken.
Vanmorgen vroeg vertrokken naar Verviers om een nieuwe gasfles. De rit over Francorchamps door de bossen en in de dichte mist leek op het einde der tijden.
Wat was ik gelukkig toen ik onze vrienden kon oppikken aan het station van Spa. En nog gelukkiger toen ik met succes de gasfles had geïnstalleerd.
Ik kocht een jagersbrood en enkele boules de Berlin chez Muller, zoals deze heerlijke bakkerij hier in het kleine stadje Spa bekend staat.
Een wandeling naar het Veen door de dichte mist. We passeren het monument voor het vliegtuig van de Royal Air Force dat hier in 1944 is neergestort. Daarna naar de Bérinzenne. Daar staat een 300 jaar oude olm. Vermoedelijk is de boom geplant door Jacques de Bérinsenne, legerofficier onder de Prince de Condé die hier op het einde van de zeventiende eeuw een fort oprichtte.  
Mogelijk werd onder de boom ook rechtgesproken. Aan de zware takken van olmen werden tot aan de Franse Revolutie gehangenen berecht. Later kreeg de boom een functie als vrijheidsboom.
Mist en sneeuw. Donkere wolken. Het is een klimaat eigen aan de Hoge Venen. Soms ligt hier nog sneeuw tot in de maand mei.
Een van de mooiste boeken die ik ooit las, is Smilla’s gevoel voor sneeuw van de Deense auteur Peter Høeg. Van dit boek leerde ik dat de Inuit wel dertig verschillende woorden kennen voor sneeuw. En verder dat voor de Denen de Groenlanders een soort tweederangsburgers zijn. Toen ik in Kopenhagen overnachtte op weg naarde Chinese hoofdstad Beijing zag ik voor het eerst Groenlanders. Het zijn mooie mensen met een donkere huid en pikzwart haar. Ze lijken op de Inuit. Maar zien er alleszins niet Deens uit. Of tenminste wat wij onder Deens verstaan.

maandag 29 december 2014

Overwinteren in Spa

Luna in de sneeuw (foto MDB)


Nanook of the North

‘Het is hier een disaster area,’ bericht ik aan mijn vriend de heer B.
Wie de film Woodstock kent, weet wat deze uitdrukking betekent. Het kleine plaatsje Bethel in de staat New York werd in 1969 overspoeld door maar liefst een half miljoen muziekliefhebbers.
‘We are half a million,’ riep een van de organisatoren tegen de menigte uit, waarop hij een ode afstak aan de geweldloosheid van het gebeuren. En het festival voor vrij verklaarde.
Tegen de overweldigende massa was geen houden aan. Een jongeman van Mexicaanse oorsprong vertelde hoe men dit met termieten oplost.
‘Weet je wat wij doen wanneer er een leger termieten aankomt? We graven een gracht. We doen olie in de gracht en daarna steken we hem in brand.’

Deze nacht was het ijskoud in onze caravan. Het was zo koud dat zelfs onze hond Luna zich geen blijf wist.
‘Zij zoekt warmte bij ons,’ zegt Nomade wanneer Luna zich naast mij op mijn hoofdkussen probeert te nestelen. Als ik het er niet mee eens ben, graaft ze zich een weg doorheen de dekens.
De hond volgt haar instinct. Warmte zoeken bij de soortgenoten. En zich in geval van nood ingraven.
Ik denk aan de stille film ‘Nanook of the North’ uit 1922 van Robert Flaherty. De regisseur volgt het leven van de Inuit Nanook die samen met zijn familie overleeft in een reusachtig gebied in het Hoge Noorden. Het is winter en de ijsschotsen zijn er zo hoog dat ze wel reusachtige bergen lijken. ’s Nachts slapen de honden buiten de iglo die Nanook voor hem en zijn familie heeft gebouwd. Ze zoeken warmte bij elkaar. Zoals ook Nanook en zijn twee vrouwen doen. Zij slapen naakt onder dierenhuiden.
Warmte, licht en voedsel zijn de drie basisbehoeften waaraan een mens moet voldoen. Voedsel en licht zijn geen probleem. Doordat we de stekker van een afwezige campingbewoner hebben uitgetrokken en vervangen door de onze, hebben we licht. In het kleine stadje Spa kocht Nomade heerlijke Luikse gehaktballen. Maar warmte, daar waren we de hele dag naar op zoek. Onze gasfles blijkt door de hels koude temperaturen in een mum leeg te zijn geraakt. Het type waarover wij beschikken is echter nergens in de streek te verkrijgen. Niet in Spa. Niet in Remouchamps. We krijgen het advies om onze gasfles om te bouwen. Misschien is dat niet het beste idee. Het zal dus weer een koude nacht worden.

Overwinteren in Spa

Wandeling met hond (foto MDB)


Stalingrad
‘Ken je die film van Chaplin,’ vraag ik aan Nomade, ‘waarin hij verstijfd van honger en koude achterna wordt gezeten door zijn vriend Jim.’
Ze zitten allebei in een blokhut in het Hoge Noorden. Er woedt een sneeuwstorm. Big Jim is zo hongerig dat hij in het kleine mannetje een kakelende kalkoen ziet. Big Jim draagt een jas gemaakt van het vel van een beer waardoor hij er nog imposanter uitziet.
We zitten in onze caravan. Buiten ligt er sneeuw. Het is hier zo koud dat we binnen aan ons caravantafeltje eten met onze jassen aan. Mijn jas houdt het midden tussen die van Big Jim en een pilotenjas. Ik vond hem jaren geleden in een vintagezaak.
Onderweg kochten we in de buurt van Malmédy tweedehands langlaufski’s. Ondanks onze winterbanden diende Nomade uit te stappen om onze oude Volvo 460 over een helling te duwen. Een keer je stilstaat, is het bijna onmogelijk om weer vooruit te komen. De wielen van de auto glijden altijd dieper in de sneeuw en vormen een ijslaag.
‘Niet te verwonderen dat het Duitse leger bij Stalingrad in de pan werd gehakt,’ zeg ik. ‘Zij geraakten gewoonweg niet vooruit in de sneeuw.’
‘Wist je dat Stalin om de opmars van het Duitse leger te verhinderen troepen uit het verre Siberië inzette,’ vervolg ik. ‘Die Siberische soldaten waren het gewoon om zich met ski’s over de sneeuw voort te bewegen. Ze gebruikten sleeën die werden getrokken door rendieren.’
Toen we vanmiddag op onze camping aankwamen, cirkelden boven onze hoofden twee roofvogels. Hun vlucht en het geluid dat zij voortbrachten, deden mij denken aan ‘De wezel’ van striptekenaar Dieter Comès. De overleden auteur was afkomstig uit de Oostkantons. Hier vlakbij dus. Hij was benevens striptekenaar ook druïde.
Overwinteren in Spa. Het brengt ons bij de essentie van de dingen. Voedsel, licht en warmte. De camping is ongeveer verlaten. Op enkele residentiële bewoners na. Die hebben hun staande caravan versierd met een reusachtige kerstster.
Morgen ga ik naar beneden om brood te kopen.
‘Hoe zou ik naar het kleine stadje Spa gaan,’ vraag ik aan Nomade, ‘met de auto of te voet?’
‘Op je ski’s,’ antwoordt zij.

vrijdag 26 december 2014

Italiaans dagboek

Still uit Uomini d'Onore (foto MDB)


De dag van de uil

Opbouw en sfeer van ‘De dag van de uil’ van Leonardo Sciascia doen mij denken aan het werk van de grote schrijver Gabriel García Márquez. Ik las in de ‘Generaal in zijn labyrint’ dat is verschenen in het jaar 1989 toen mijn zoontje in de wieg lag.
In het werk van de Colombiaanse schrijver spelen militairen vaker een hoofdrol. Zo is er ‘De kolonel krijgt nooit post’ over een kolonel op rust die vergeefs wacht op de postbode die zijn pensioen zou brengen.
‘De dag van de uil’ vertelt het verhaal van kapitein Bellodi. Hij is afkomstig uit Parma en wordt op het eiland Sicilië geconfronteerd met een drievoudige moord. Net als in ‘Kroniek van een aangekondigde dood’ van Márquez krijg je in deze Italiaanse roman een fatale afwikkeling. Zij het dat ‘De dag van de uil’ begint en niet eindigt met een moord. Namelijk die op de aannemer Salvatore Colasberna.
De fataliteit bestaat erin dat kapitein Bellodi er weliswaar in slaagt om de dader en de opdrachtgevers te ontmaskeren. Maar dat je in een parallel verhaal verneemt dat krachten die het zonlicht schuwen de moord, die te maken heeft met afpersing, langzaam aan maskeren als een passioneel drama.
Alles draait om het stilzwijgen. Dat is zo grotesk dat het bijna komisch wordt.
Een man probeert in alle vroegte op de bus te springen richting Palermo, wanneer hij door twee schoten uit een geweer dodelijk getroffen wordt. Niemand kan enige aanwijzingen verschaffen. De bestuurder let alleen op de weg. De conducteur heeft geen weet van het aantal passagiers. En de broodjesman blijkt tijdens de ondervraging door de carabinieri net als die laatsten in allerijl te zijn verdwenen.

Hetzelfde thema staat centraal in de liederen van de historische Ndrangheta.
De zangers hebben het voortdurend over de onschuld van diegenen die in de kerker zitten. Alleen de verrader die hen aan de galg heeft gepraat is schuldig.
‘Je bent dus onschuldig zolang niemand weet heeft van wat je hebt gedaan,’ besluit Nomade.

Er spreekt uit de liederen een onwaarschijnlijke haat tegenover wie uit de biecht klapt.

‘Er bevindt zich een vogel onder ons, begrijpen jullie?
Een vogel die het zich veroorlooft om te kwetteren
Vrienden, dat is een schoft
Een man houdt zijn mond
Breng onze vriend deze boodschap
Zodat de vogel  nooit meer zingt
En zeg aan die bastaard
Dat zijn kist al getimmerd is.’
(A ‘mbasciata/ De boodschap)

De titel van de roman ‘De dag van de uil’ verwijst naar een citaat van Shakespeare.

‘… and, like the owl by day,
If he arise, be mock’d and wonder’d at…’
Shakespeare, Henry VI

De schrijver gebruikt het als motto voor zijn boek. Het is een literair citaat dat een zeker welbehagen schept. Een uil die overdag verschijnt is een zeldzaam spektakel. Tegelijk is het dier weerloos. De uil komt de toeschouwer bijna komisch voor.
De activiteiten die Leonardo Sciascia beschrijft spelen zich echter niet bij daglicht af.
Dat wordt pijnlijk duidelijk in zijn nawoord. Hij heeft, nadat hij zijn roman heeft voltooid, vooral heel veel geschrapt: personages, scènes. In tegenstelling met de Verenigde Staten, Engeland, Frankrijk of Zweden spot je in Italië niet met de macht, schrijft hij.
En dat zullen we moeten slikken, zegt hij nog, zoals vroegere gezanten in een gedicht van Giuseppe Giusti een perkamentrol met inbegrip van lood en zegel moesten opeten.