vrijdag 26 augustus 2016

Tocht aan het einde van de zomer



Montreux, Lac Léman (foto MDB)
Lord Byron


Nadat tijdens onze tocht aan het begin van de zomer de ingebouwde koelkast van onze woonwagen het had begeven, blijken we nu ook onverwacht zonder gas te zitten. Dat betekent niet alleen dat we geen voorraden kunnen inslaan maar ook dat bakken en braden uitgesloten zijn.
‘We moeten zo vlug mogelijk onze voorraden klaar maken,’ is het devies van Nomade. Waarna ze diep in de brulbox, onze koelbox met ventilator, tast en een heerlijk eenpansgerecht opdist.
Gekookte aardappelen in kleine vierkante blokjes, samen met stukjes wortel en selder, stevig gekruid met peper en pigment geven een heerlijk resultaat. Daarbij nog een venkelsalade met ansjovis. En enkele sneetjes gerookte hesp.
Vandaag fietsten we langs het meer van Genève of le Lac Léman. In de verte het château de Chillon. Lord Byron die samen met de Shelleys aan het meer van Genève verbleef, raakte zo onder de indruk van de kerkers van de vesting en het lot van de protestant Bonivard dat hij het beroemde gedicht ‘The prisoner of Chillon’ schreef.
Wat een prachtige avondgloed hangt over het meer. Vlak voor avondval zwommen we er nog rond. Boven het massief van de Mont Blanc in de verte waren torenhoge wolken te bespeuren. Gaat het in de bergen straks onweren?
Henry David Thoreau trok zich terug aan de rand van het kleine meer Walden. Hij bestudeerde het meer grondig. Nam de temperatuur waar van de bovenste en de onderliggende lagen. Keek naar de trek van de vogels en zag met lede ogen hoe in de winter de ijslaag die zich op het meer had gevormd op grote schaal werd weggenomen om in de steden te worden verkocht.
Wat hield Thoreau van het meer Walden!
Net als Lord Byron van het meer van Léman, waarover hij in ‘Childe Harold’s Pilgrimage’ prachtige verzen schreef:
‘Mooi Lac Léman, u reikt mij op mijn gang
Voldoende stof tot overpeinzing aan,
Waar mij uw oever noodt niet haastig voort te gaan.’

Geen opmerkingen:

Een reactie posten