zaterdag 31 januari 2015

Italiaanse herinneringen

Sneeuwlandschap (foto MDB)


Tombe la neige

Wat een melancholie spreekt uit het lied ‘Tombe la neige’ van de zanger Salvatore Adamo. Wat Rocco Granata betekende voor het Nederlandse taalgebied, was Adamo voor de Franstaligen. Hun vaders waren allebei mijnwerker. De familie van Rocco Granata kwam uit Calabrië. Salvatore Adamo kwam met zijn ouders op driejarige leeftijd uit Comiso, Sicilië naar Ghlin bij Mons.
Adamo zong zelden in het Italiaans. Behalve dan het lied Dolce Paola. Wat kijken de twee vol schroom naar elkaar op de foto genomen op 31 mei 1964. De foto staat afgebeeld in de biografie ‘Salvatore Adamo. De tedere tuinman van de liefde’ van Thierry Coljon.
Op dat moment heeft Adamo het lied Dolce Paola nog niet geschreven. Maar in het gesprek dat toen tussen de twee aan de gang was, geeft prinses Paola impliciet haar toestemming voor een lied over haar.
Als het zo mooi is als ‘Sans toi, ma mie,’ dan mag een lied zeker over mij gaan, zei ze.

‘Tombe la neige
Tu ne viendras pas ce soir
Tombe la neige
Et mon cœur s’habille de noir’

In slechts vier versregels wordt een heel verhaal verteld. Het sneeuwt. Tegelijk weet de zanger dat zijn geliefde die avond niet zal komen. De sneeuwval versterkt zijn gevoel. Zijn hart kleedt zich in het zwart. Zoals iemand die rouwt.
Het beeld van rouw en dood wordt verder gezet in dezelfde strofe. Met op het einde een natuurbeeld, mooi in zijn eenvoud.

‘Ce soyeux cortège
Tout en larmes blanches
L’oiseau sur la branche
Pleure le sortilège’

De sneeuw is als een rouwstoet gekleed in zijde. De vogel op zijn tak weent om zoveel betovering.

Het lied herinnert mij aan een van de mooiste gedichten van mijn lievelingsdichter, de Turkse schrijver Nâzım Hikmet. Het gedicht ‘Karlı kayın ormanında’ is op muziek gezet door Zülfü Livaneli. De beginregels luiden als volgt:

‘Karlı kayın ormanında
yürüyorum geceleyin.
Efkârlıyım, efkârlıyım,
elini ver, nerde elin?’

‘Wandelend bij nacht
door een besneeuwd beukenbos
voel ik mij bang.
Waar is je hand, reik mij je hand.’

Nâzım Hikmet schreef het gedicht in Moskou, Peredelkino op 14 maart 1956. Hij verbleef er in ballingschap.
Hartverscheurend zijn de versregels:

‘Memleket mi, yıldızlar mı,
gençliğim mi daha uzak?’

‘Mijn vaderland, de sterren of mijn jeugd
wat is het verst van mij verwijderd?’

Of je nu je land verlaat om politieke redenen of uit economische noodzaak, er is altijd de melancholie.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten